Mieko Kawakami (1976) is een Japanse schrijver die wereldwijd wordt geroemd om haar introspectieve romans. Ze begon als dichter, en legde zich later volledig toe op proza. Haar werk wordt gekenmerkt door scherpe inzichten in sociale structuren, de positie van vrouwen en de innerlijke worstelingen van haar personages. Haar nieuwste roman, Alle geliefden van de nacht (2024), verkent deze thema’s opnieuw en is naar het Nederlands vertaald door Maria Smolders.
De roman volgt Fuyuko Irie, een redacteur van in de dertig die een eenzaam leven leidt in het immense Tokio. Nadat ze haar vaste baan heeft opgegeven om als freelancer te werken, beseft ze hoe geïsoleerd ze is. Haar dagen zien er altijd hetzelfde uit: opstaan, werken, wat eten, en ’s avonds in haar eentje door de stad wandelen. In een metropool waar nieuwe verbindingen moeilijk te maken zijn, voelt Fuyuko zich steeds meer verloren. Op een dag besluit ze dat het genoeg is, en neemt kleine stappen om haar leven om te gooien. Maar terwijl ze vooruit probeert te komen, dringen ook vergeten herinneringen uit het verleden zich aan haar op.
‘De halfdonkere stad, waar ik me niet thuis voelde, leek vol met mensen die op iemand wachtten, mensen die door iemand werden verwacht, mensen die met iemand uit eten gingen, mensen die samen ergens heen gingen en mensen die met iemand naar huis gingen. Ik stelde me vaag voor wat hen zo vrolijk maakte en terwijl ik bezig was die dingen, waarmee ik me op geen enkele manier verbonden voelde, op te sommen, liep ik met neergeslagen ogen verder.’
Kawakami begint haar verhaal in een rustig tempo en schetst overtuigend de eentonige routine van Fuyuko’s leven: de eindeloze herhalingen van haar dagelijkse bezigheden, haar isolement en de angst die ze probeert te verbergen door elke dag te veel alcohol te drinken. Haar bestaan staat in schril contrast met dat van de mensen om haar heen, vaak moeders met een drukke baan die constant in de weer zijn. Ook die ontsnappen niet aan de blik van de auteur; net als Fuyuko worstelen ze met gevoelens van isolement en onvervulde verlangens. Het verhaal volgt geen strak plot, maar is vooral een verkenning van het leven van vrouwen, hun innerlijke wereld en de verwarring die hen beheerst.
De passieve toon, gecombineerd met de voortdurende focus op Fuyuko’s eentonige en soms uitzichtloze leven, roept een melancholisch gevoel op. Deze sfeer wordt verder versterkt door de vele reflectieve zinnen die het innerlijk van de protagonist subtiel weergeven. De trage bijna meditatieve stijl heeft onmiskenbaar zijn charme, maar halverwege het verhaal begint deze de dynamiek de voortgang van het plot te belemmeren. Daardoor wordt het de lezer bemoeilijkt om emotioneel betrokken te blijven.
Een ander probleem vormt de veelvuldige herhaling in de dialogen. Dit lijkt Fuyuko’s moeite te weersiegelen om werkelijk contact te maken met anderen. Toch wordt deze herhaling op den duur te veel, omdat ze het verhaaltempo vertraagt en de leeservaring zwaar en traag maakt. Tegen het einde versnelt het tempo plotseling enorm, waarbij jaren in één keer voorbijgaan. Het waarom van dit contrast is niet duidelijk.
Samenvattend is Alle geliefden van de nacht een interessante verkenning van eenzaamheid, maar slaagt het niet volledig om daarin door te dringen. Ondanks de veelbelovende thema’s en de introspectieve benadering wordt de spanningsboog belemmerd door herhalingen en een vertraagd tempo. Kawakami’s stijl bezit ontegenzeggelijk aantrekkingskracht, maar het gebrek aan vooruitgang en de abrupte overgang naar het einde verhinderen dat het verhaal ten volle tot bloei komt.
Auteursrecht Anna Husson